DE SCHEPENBANK VAN STEDE, PARCKE ENDE HEERLIJKHEID MALE
Male was vroeger, tot 1795, een heerlijkheid, waar de kasteelheer het voor het zeggen had. Deze heerlijkheid was ongeveer zo groot als het huidige Male. Vlaanderen telde toen veel heerlijkheden, maar Male was bijzonder omdat de koning zelf er (kasteel)heer was. Het zal niet verbazen dat de koning – in de zestiende eeuw regeerden Karel V en na hem Filips II over een wereldrijk waar ‘de zon nooit onderging’ – nooit in Male te zien was. Wel hield zijn kapitein Noël de Caron een oogje in het zeil op het kasteel. Caron was een wat akelige man. Hij had twee kinderen bij een vrouw uit Brugge, die uit een andere losse relatie een zoon had, de later beroemde Simon Stevin.
Middenin het bewaarde schepenregister van 1549 tot 1565 gebeurt er iets merkwaardigs. De koning, op dat ogenblik Filips II, verkoopt in 1558 zijn heerlijkheid Male aan een van zijn medewerkers, de Spaanse Juan Lopez Gallo. Juan, de nieuwe kasteelheer, woonde in Brugge in het stadspaleis De Zeven Torens in de Hoogstraat en maakte van het slot van Male zijn zomerverblijf.
►
Juan Lopez Gallo, (kasteel)heer van Male van 1558 tot 1571, met zijn drie zonen, geschilderd door Pieter Pourbus. De rest van dit zijpaneel van een verdwenen twee- of drieluik is ooit weggezaagd. (Musea Brugge, collectie Groeningemuseum)
De schepenbank van de heerlijkheid Male
Om het reilen en zeilen in Male in goede banen te leiden, stelde de kasteelheer van Male van oudsher een schepenbank aan, waarin altijd een beetje dezelfde families zetelden als schepen en burgemeester. Bekende schepenfamilies waren toen onder meer Ballegheer, De Pruusschere en Van Ghistele. De schepenbank had veel te regelen, zoals de verkoop van huizen, boerderijen en grond, en het toezicht op wezen, wanneer één of beide ouders overleden. Maar vooral sprak de schepenbank recht over de inwoners van Male. De schepenen kwam dan samen in de hoedanigheid van ‘vierschaar’ en waren zelfs gerechtigd om de doodstraf uit te spreken. De heerlijkheid Male beschikte immers ook over de hoge rechtspraak, wat vrij uitzonderlijk was. In Male is langs de Brieversweg nog steeds het galgenveld aan te wijzen.
Het schepenregister 1549-1565
De schepenbank kwam vaak bijeen en zijn griffier Jan Fraeys maakte van alle zittingen uitgebreid verslag in een papieren schrijfboek. Dit oudst bewaarde register, in een perkamenten omslag, wordt vandaag bewaard in het Brugse Rijksarchief, het mooie gebouw langs de Coupure. De exacte referentie is: Brugge, Rijksarchief, Heerlijkheid Male, nr. 45.
In dit register lezen we o.a. over Lieven van de Velde die Gillis Mathijs met een messteek zwaar verwondt en over (zijn broer?) Michiel Mathijs die als koster de kapelaan op het kasteel mag bijstaan, over de verkoop van de herberg ‘Het Hooghuis’ in het dorp en van een hofstedekin dat ligt in de wijk Rabat, dat is waar de Maleleie onder de Brieversweg stroomt. We lezen er over de verdwenen boerderij Verloren Kost, helemaal in het zuiden, in Ryckevelde, en over de akkers Woestijne nabij het Galgestuk, Roosendale en de Mispelaerbilc.
Voor nog meer info over het vroegere Male, zie de artikels in ‘Onze Buurt’, wijk Sconevelde.

▲ Perkamenten kaft van de bundeling schepenakten (RAB, Heerlijkheid Male nr. 45)
◄ Akte 25 op folio 17 recto vertelt hoe Michiel Matthys op 12 november 1550 wordt aangesteld als koster om de kapelaan bij te staan bij de liturgische diensten in de kapel van het kasteel van Male. Met enige inspanning kun je bepaalde passages zelf ontcijferen.

◄ In de schepenakten komen het Hooghuis en de buurhuizen, evenals de eigenaars en de pachters, regelmatig aan bod. Wellicht gingen de zittingen (vaak) door in dit Hooghuis dat later ook Schepenhuis wordt genoemd.
▼ Fragment uit een beschadigde kopie uit 1787 van de Carte Figurative der Stede Parck Heerlijkheede ende Baronie van Maele, getekend door François Lobbrecht en Jan d’Herbe uit 1712, “ten tijde van ridderheer baron François Claesman” (RAB, kaarten en plannen nr. 530, foto Eric Colenbier). De nummers verwijzen naar de beginnen van een ommeloper waarin elk perceel wordt beschreven. We krijgen zicht op het kasteel, de vijver waaruit de Pijpeweg noordwaarts vertrekt, bovenaan rechts de Brieversweg, ten zuiden van het kasteel het pelderijn dat toen langs de heerweg naar Antwerpen stond opgesteld, bij het kruispunt van de heerweg van Brugge naar Antwerpen (west-oost) en van Damme naar Oedelem via Maleveld en Male (noord-zuid). de Malelei (rechts) die ontspringt in Ryckevelde (onderaan) en centraal het gehucht Male met een twintigtal woningen. De kaart toont evenwel de situatie 160 jaar na de schepenakten.
Ludo Vandamme
Tekst bij de afbeeldingen: Eric Colenbier