Onze expo: Beluiken, forten en munten in het Brugse
In de 19de eeuw ontstond in Brugge een bescheiden industrialisatie. Dit zorgde voor een toeloop vanuit het platteland waar de werkgelegenheid zeer schaars was. Deze toeloop zorgde voor heel wat problemen op het gebied van huisvesting. Onmiddellijk zagen enkele opportunisten brood in deze ontwikkeling. Wie over wat centen en een ruime binnenplaats beschikte, bouwde er kleine woningen met minimaal comfort. Zo ontstonden de beluiken of fortjes zoals ze in Brugge werden genoemd. Meestal was er maar één pomp of waterput en een paar toiletten die door iedereen in het fort werden gebruikt. De overbevolking en slechte hygiëne zorgden voor heel wat problemen. Aan de hand van een fototentoonstelling aangevuld met documentatie schetsten wij een beeld van de erbarmelijke levensomstandigheden in deze beluiken.
Deze vorm van bewoning bestond ook in plattelandsgemeenten. De leefomstandigheden waren ietsje beter en men had meestal een klein stukje land om groenten te kweken. In de tentoonstelling kwamen een paar voorbeelden aan bod in Assebroek en Sint-Andries.
We konden hiervoor dankbaar gebruik maken van foto’s uit de verzameling van Jaak Rau en van onuitgegeven foto’s uit de collectie van het stadsarchief en van andere bruikleengevers. Onderzoek en samenstelling gebeurde door Yvette Kemel samen met Ewald Vancoppenolle, Willy Grymonpre, Frank Develder, Monique Vandenabeele, Dirk Heyns en Eugeen Vandermeersch.